Sneeuwwandelreis Vilnöss Dolomieten

Sneeuwwandelreis Vilnöss Dolomieten dag tot dag

Reisschema

01 Treinreis, vertrek vanuit Utrecht / Arnhem ’s morgens vroeg
02 Sneeuwwandelen, keuze uit programma
03 Via Adolf Munkelweg onderlangs het Geisler massief
04 Bergtop Gabler of Punta so Rodella
05 Rossalm of Vilnöss dal en Eur de Bredles
06 Rondwandeling Zendleserkofel of Rondwandeling Plavatscher Kofel
07 Rondwandeling Ottohöhe of Pfannerspitze 2.434m
08 Vertrek vanuit Italië ’s morgens vroeg, aankomst in de avond NL

Reisbeschrijving: dag tot dag

Een opmerking vooraf…
Het gaat hier om een wintersportreis. Er zijn diverse factoren die onderweg onze reisplannen kunnen beïnvloeden, hoe goed de reis ook is voorbereid. Onderstaande reisbeschrijving geeft de hoofdlijnen van de reis weer. De reisleiding kan zich genoodzaakt zien om tijdens de reis verschuivingen in het geplande programma aan te brengen. 

Dag 1 Treinreis

Vertrek vanuit Utrecht / Arnhem ’s morgens vroeg
Aankomst ‘s avonds en transfer naar Ranuimüllerhof

Dag 2 – 7 wandelprogramma

Bij het winterwandelen houden wij ons aan de opgegeven wandeluren.
De aangegeven routes met hoogtes en afstanden variëren, afhankelijk van de sneeuwcondities. Voor deelnemers staat het vrij om gedurende de week een dag niet met de groep mee te wandelen om op een andere manier te genieten van de vakantie. De reisleiding adviseert graag bij de invulling.
Het weekprogramma bouwen wij zorgvuldig op, met een rustige start op de eerste dag. De tijden zijn een gemiddelde en variëren dagelijks enigszins.

Zwaarte

Er zijn wandelweken in 2 verschillende zwaartes:
Lichte sneeuwschoen wandelweek:
circa 4,5 wandeluren per dag; 300 – 500 meter stijgen en / of dalen en een afstand van 8 – 12 km.

Meer uitdagende sneeuwschoen wandelweek:
circa 5,5, wandeluren per dag; 500 – 1.000 meter stijgen en / of dalen en een afstand van 12 – 15 km.

Het lopen van een route en het bereiken van een top is afhankelijk van het weer en de sneeuwcondities. In de winter kan soms sprake zijn van sterk wisselende omstandigheden. De reisleider bespreekt het programma dagelijks met de groep en kan de routes zelfs nog onderweg wijzigen. Hij is deskundig en gecertificeerd en weet de mooiste plekken te vinden. Bij hem ligt de beoordeling en het besluit over de meest passende, veilige route.

Veelal start de wandeling direct bij het hotel. Om naar het beginpunt van een wandeling te komen gebruiken wij wel eens openbaar vervoer, taxibusjes of kabelbanen. De reisleider laat je in alle windrichtingen kennismaken met het voor deze regio karakteristieke berglandschap.

Mogelijkheden

• Via Adolf Munkelweg onderlangs het Geisler massief
Deze sneeuwschoen wandeldag liggen de Dolomieten aan je voeten. Wij starten in de Zanser Alm, niet ver van ons hotel. De route voert ons voornamelijk door het bos, waarbij wij geleidelijk stijgen (tot maximaal 2.050m) en dalen over een deel van de ‘historische’ en panoramische Adolf Munkelweg. Dit levert naast feeërieke taferelen in het bos ook de meest prachtige uitzichten op de Noorwand van het Geisler massief op. We lopen door het beschermde Puez-Geisler Naturpark en worden continu verrast met de mooiste 3000-ers, waaronder de Furchetta en de Sass Rigais, de Torkofel en Wasserkofel van rond de 2900 meter en de iets lagere Wasserstuhl en Campiller Turm. In de prachtig gelegen Geisler hütte kunnen wij nog wat drinken voordat wij te voet naar ons hotel terugkeren.

• Bergtop Gabler 
Deze rondwandeling brengt ons op de top van het Plosemassief, de huisberg van Brixen. Dit levert ons prachtige 360 graden vergezichten op naar de Peitlerkofel en de Geislerspitzen. Wij lopen eerst kort door het bos, waarna wij al snel in open terrein terecht komen en de vele toppen in de omgeving steeds beter in het vizier hebben. Via een kam wandelen wij met een tamelijk steile klim naar het hoogste punt, de Gabler, op bijna 2.600m. Ons wacht daarna nog de afdaling naar het beginpunt van deze, ook bij de lokale bevolking, geliefde sneeuwschoen wandeling. Op de terugweg komen wij langs de Schatzerhütte, waar wij eventueel ook nog wat drinken.

• Punta so Rodella
Deze wandeling brengt ons door het hoger gelegen bergdal van de Aferer naar de bergpas van Punta so Rodella (1.850m). Hier heb je de waterscheiding naar het dal van de Rio Lasanca. Wij lopen geleidelijk omhoog en voor ons ligt een reusachtige rotsblok, de Puita of de Pleiterkofel. Stap voor stap komen wij via de Dolomiten Höhenweg tot aan de voet van de Puita (2.000m). Via de andere kant van het dal, over uitgestrekte almen en mooie hellingen, voor kleinere afdalingen, komen wij terug bij ons startpunt. Bij de Halsl hut kunnen wij iets eten of drinken en mogelijk ‘Snowtubing’ bekijken.

• Rossalm 
Deze tocht voert ons door het bos geleidelijk omhoog naar het hoogste punt van de dag (2.200m), waar wij ons rond de lunchpauze in de Rossalm met Tiroolse specialiteiten kunnen laten verwennen. Wij lopen over een prachtig kronkelend bospaadje en een deel van de Dolomiten Höhenweg, waarlangs houten sculpturen te bewonderen zijn. De meeste tijd zijn wij dan ruim boven de boomgrens, met een ongeëvenaard uitzicht over de omgeving en mooi zicht op het Geisler massief en andere delen van de Dolomieten. Het is een route die afwisselend stijgt en daalt. Wij blijven merendeels in het onderste deel van de Plose.

• Vilnöss dal en Eur de Bredles 
Vanuit ons hotel Raunimüllerhof maken wij een rondwandeling. Allereerst een prachtige route tot het verscholen einde van het Villnöss dal. Geleidelijk stijgen wij door het bos, met continu zicht op de bijna 3.000 meter hoge markante pieken en rotswanden van de Furchetta en de Sass Rigais. Eventueel klimmen wij (facultatief) nog 100m hoger naar het hoogste punt van de dag, Eur de Bredles, op 2.150 meter. Vandaar mogelijk zicht op de uitlopers van het Valgardena. Over een deel van de ‘historische’ Adolf Munkelweg, een panoramische route onderlangs de Noordwand van de Geislergruppe, lopen wij terug naar ons hotel op 1.350 meter. Deze relatief schaduwrijke wandelroute heeft eigenlijk altijd prachtige sneeuwcondities.

• Rondwandeling Zendleserkofel 
Wij vertrekken voor deze rondwandeling niet ver van ons hotel, bij de Zanser Alm. Nadat wij eerst een stuk door het bos zijn geklommen, komen wij in afwisselend en steeds meer open terrein terecht. Vanaf de hut Kaserill Alm, waar wij eventueel wat kunnen drinken, lopen wij een steeds smaller wordende trechter in met links en rechts hoog oprijzende toppen. Ons doel voor deze dag is de Zendleserkofel (2.400m), halverwege onze wandeling, en die als het hoogste punt van de dag bestempeld kan worden. Vandaar hebben wij een prachtig uitzicht op de ruige omgeving. Op de terugweg kunnen wij ons laten verwennen met een drankje en / of een extra hapje in de Schlütterhütte (op 2.300m), met uitzichten op het fraaie en typische Dolomieten berglandschap.

• Rondwandeling Plavatscher Kofel 
Vanuit ons hotel ontdekken wij op onze sneeuwschoenen de omgeving van St. Magdalena en Villnöss. Een geleidelijk stijgende en dalende rondwandeling voert ons over de glooiende almen en door het bos. Wij wandelen over een maximale hoogte van circa 1.950m om uit te komen bij de Plavatscher Kofel (1.900m). Tijdens deze wandeling lopen wij onderlangs de Kälbengartenspitze en de Kofelalm en zien wij het idyllische Villnöss en St. Magdalena, omgeven door de bergen, van korte afstand liggen.

• Rondwandeling Ottohöhe 
Een rondwandeling vanuit ons hotel in het lager gelegen dal langs de dorpen. Dit als de sneeuwcondities een mooie sneeuwschoenwandeling mogelijk maken. We lopen door de pittoreske dorpen St. Magdalena, St. Peter en St. Jakob met hun kerkjes en kappelletjes naar de Otthöhe op 1.460m. Mogelijk hebben wij vanuit hieruit zicht op het Eisaktal. Deze dag brengt afwisselend wandelingen over glooiende almen, door de dorpjes en het bos. Wij zien de ons omringende bergen en waar wij deze week lopen. Kortom een goede mogelijkheid om een betere indruk van het totale gebied en de typische dorpjes in onze omgeving te krijgen.

• Pfannerspitze 2.434m
Deze zeer afwisselende wandeltocht met mooie vergezichten brengt ons via het kleinschalige wintersportgebied de Plose naar de top van de Pfannerspitze (2.434m). Om daar te komen, maken wij eerst een flinke klim. De hellingen liggen vooral boven de boomgrens. Naar de top lopen wij over een kam. Vandaar hebben wij uitzicht op het dal van Lüsen, met daarachter het glooiende berglandschap van de Lüsense alm. Aan de andere kant zien wij het steile kalkgebergte van de Geislergruppe. Op de terugweg maken wij een stop in een van de knusse hutten of op een zonnig terras ervan.

Dag 8 terugreis

Vertrek vanuit Italië ’s morgens vroeg
Aankomst in de avond in Arnhem / Utrecht

Accommodatie

Hotel Ranuimüllerhof staat garant voor een heerlijke vakantie en vooral ook een rustige omgeving. Hier in Alto Adige, ofwel Südtirol, komt het dolce vita van Italië samen met de alpiene cultuur. Bij terugkomst in het hotel kunt u genieten van een sauna en / of een whirlpool. Het restaurant serveert zowel bij het ontbijt als de avondmaaltijd streekproducten. Alleen het beste komt op tafel, zoals Zuid-Tiroolse appels, kaas, melk, honing en wijn.
Deze winterreis is niet compleet zonder geproefd te hebben van een ‘Apfelstrudel’ of ‘Schlutzkrapfen’, van ravioli en / of ’Knödel’ gemaakt met ‘Speck’ (gerookt vlees), kaas en spinazie en een wijn uit ‘Südtirol’.
De Duits-Italiaans talige familie Fischnaller is ouderwets gastvrij. Het is bijzonder dat wij deze accommodatie hebben kunnen reserveren, met:
• Ruime kamers met badkamer / WC en met uitzicht
• Wellness met sauna en whirlpool
• Ontbijtbuffet, lunchpakket
• Diner met meer gangen keuzemenu en saladebuffet
• WiFi
• Rustig gelegen aan de rand van een klein bergdorp

Het gebied

Doorslaggevend voor de erkenning van de Dolomieten als werelderfgoed is ‘de unieke en monumentale schoonheid van het gebied’, aldus Unesco. Elke dag laten wij ons tijdens ons ‘wandelavontuur’ opnieuw verrassen in de Noord-Italiaanse authentieke kerkdorpen en de bergen met unieke uitzichten en vergezichten.
Het dal van Villnöss ligt ten zuidoosten van Brixen, waar wij met de trein aankomen, net over de Brennerpas in Italië en iets ten noorden van de bekende Valgardena. In het Villnöss dal is de bekende bergbeklimmer Reinhold Messner grootgebracht. Het gebied wordt gekenmerkt door de typische Zuid-Tiroolse / Noord-Italiaanse tradities waar de katholieke en traditionele cultuur van de bergboeren in harmonie staan met de natuur. De imposante Geislergruppe scheidt Villnöss van het Valgardena en daarmee tegelijk ook van de grote drukte tijdens onze wintervakantie.
Het ‘Naturpark Puez-Geisler’ behoort met zijn bergmassieven, zoals de Geislergroep en het Peitlerkofelmassief, tot de meest indrukwekkende en gefotografeerde bergregio’s van de Alpen.
In 2009 is in St. Magdalena in Funes / Villnöss een Naturparkhaus geopend. Het bezoekerscentrum ligt daarmee in een van de mooiste dalen van de Alpen. Het Naturparkhaus Villnöss wil bezoekers de geologische, biologische en culturele verscheidenheid in het Puez-Geisler-gebied werkelijk laten ervaren en informeren over de doelstellingen en de schoonheid van het natuurpark

Winterse weertypes

In de winter is het in de Dolomieten, aan de Zuidkant van de Alpen, vaak prachtig weer met strakke blauwe luchten en relatief veel zon. Zeker op grotere hoogte, waar je regelmatig bovenop de wolken kijkt, die in het dal zijn blijven hangen. Niettemin kan het ook bewolkt zijn en dan valt er – bijna sprookjesachtig – sneeuw met dikke vlokken. En dan verstilt de natuur.
Iedere periode heeft zo zijn eigen weertype. In de kerstperiode is op een hoogte van 1.350 meter of meer de eerste verse sneeuw gevallen. De korte dagen zijn vaak kraakhelder en worden gekenmerkt door vrieskou. Januari / februari hebben de hoogste sneeuwzekerheid met wat oudere en veel nieuwe, lichte poedersneeuw. Met deze sneeuwcondities is het lopen over de maagdelijk witte hellingen een bijzonder genot. In maart zal de zon vaak schijnen. Op een windstil plekje kun je dan gerust in een T-shirt zonnebaden. De dagen zijn langer en de temperaturen kunnen in de zon flink oplopen. De zoninstraling vereist dan wel een goede bescherming van de huid. Op de (zuidelijke) hellingen is de sneeuw in de ochtend bevroren en hard en in de middag soms papperig.